Vandaag is er een bord met ‘Te Koop’ op het raam van mijn huis geplakt. Ja, op het raam geplakt. Zo doen ze dat tegenwoordig in Almere. In Almere vind je de nieuwste snufjes op het gebied van makelaarsverkooptechnieken. Ik was allang blij dat ik geen vlag aan mijn huis kreeg gewapperd, zoals de buren hier verderop. Alsof het een feestdag is.
Vandaag zijn er foto’s gemaakt van ons huis dat al maanden ‘ons huis’ niet meer is. Vandaag heb ik binnen een half uur de hele overtollige inhoud van het huis naar één kamer verplaatst. Vandaag heeft een Almeerse makelaar, zonder blikken of blozen, voor het eerst een vieze string onder een bed geschoven met het puntje van zijn schoen. Tenminste, dat hoop ik voor hem, dat hij dat niet elke week hoeft te doen.
‘Mijn’ makelaar is een aardige man die ik al jaren ken, maar dat weet hij niet, dat ik hem ken. Ik bedoel: hij kent mij niet meer. Hij zat samen met ‘mijn eerste man’ (ha! altijd al een keer willen zeggen) in zo’n Rotary-achtig clubje, samen met andere beroepsgroepen waarin borrelen één van je kerncompetenties moet zijn. Ik was net twintig, hij zal toen in de dertig zijn geweest. Hij zocht naar zijn netwerk, ik zocht naar mezelf. Mijn makelaar van nu plande toen zorgvuldig zijn toekomst, en dat is precies de reden waarom hij mijn huis mag verkopen. Ik geloof wel in zijn planning.
Ik geloof dat ik ook vrijwilligerswerk heb gedaan met zijn vrouw. Iets in de trant van Unicefkaarten verkopen of gezellig plenair muffins bakken voor het goede doel. Niks mis mee, met vrijwilligerswerk, maar wel als je het doet omdat je je anders zo leeg voelt. Helpaholics, worden ze ook wel genoemd.
Door een enkeling uit mijn directe omgeving word ik nog wel eens herinnerd aan mijn foute bobline van toen. Ik grijp graag de gelegenheid aan om daarover te verdedigen: elke vrouw heeft recht op twee haarmissers in haar leven. Vrouwen doen gekke dingen met hun haar op cruciale momenten. Mijn andere misser, laat ik daar ook meteen eerlijk over zijn, is dat ik mijn haar ooit rood heb geverfd. Tip: niet doen als je geen rood haar hebt van jezelf. Niet. Nooit. Doen.
Maar dat was jaren geleden. Vijftien jaar, om precies te zijn. Nu zit ik aan de keukentafel in Almere Buiten met lang blond haar, een glas wijn, en met het ‘verzoek tot het treffen van voorlopige voorzieningen’ in de pas geopende enveloppe naast mijn laptop. Als je gaat scheiden, heb je opeens overal mannetjes voor. Mijn makelaar, mijn advocaat, mijn assurantietussenpersoon, mijn psycholoog, mijn accountant…Het zijn allemaal mensen die je overeind houden in die dingen waarin zij zo goed zijn. En ik juist zo slecht.
Ik ben goed in het downloaden van Flamenco-muziek. En ik kan ook heel goed muziek branden op CD. Als de beste, mag ik wel zeggen. Heel erg in de goede volgorde en zo.
Dus vandaag zit ik nog even hier, met Paco Peña op CD en mijn toekomst gebrand op mijn netvlies. En in de laatste komt geen bobline of rood haar meer voor, kan ik je vertellen.
Heb je al een vlammend rode jurk?
Het staat wel mooi op mijn raam; jammer dat het van karton is. xx
“Omnia mea mecum porto” zoek maar op wat dit is en geloof er in!
Ik wel. Ik kom wel voor in jouw toekomst. Dat weet ik. En die wetenschap sterkt me.
Hoe vaak kom jij later in je toekomst nog naar Almere, denk je? En die uitnodiging laatst, als die voor
Schagen was, dan regel ik dat het doorgaat!